vrijdag 6 maart 2015

Wisseling van de wacht

Door: Ludo Goossens Voorzitter Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven

Onlangs vertrok de directeur van het Schadefonds met haar gezin voor een periode van twee jaar naar Bonaire.
Overigens zegde de staatsecretaris in de Tweede Kamer toe ook daar enige vorm van schadefonds op te zetten. Vanzelfsprekend helpen we daarbij graag met de expertise die wij hebben, en wat ligt meer voor de hand dan om de uitvoering op een of andere manier onder het Schadefonds hier te laten vallen? Dat bevordert de eenheid van beleid en uitvoering en de uitwisseling van expertise.

Na vier jaar directeurschap van Nina Huygen mogen we vaststellen dat het Schadefonds Geweldsmisdrijven enorm is geprofessionaliseerd, meer op de burger en aanvrager is gericht geraakt en toegankelijker voor klanten en ketenpartners.
Die burgergerichtheid, het uitleggen en nabellen zijn ontwikkelingen waar veel overheidsorganisaties een voorbeeld aan kunnen nemen, de mijne - de rechtspraak - niet in de laatste plaats.

Ook is het innovatief vermogen van het Schadefonds groot gebleken, voldoende groot om een belangrijke uitbreiding van taken verantwoord op te vangen. De taken zijn verbreed met de regelingen voor seksueel misbruik in de jeugdzorg, met een regeling voor schade als gevolg van openlijk geweld en de Subsidieregeling overvallen, die slachtoffers van een overval in staat stelt om preventieve maatregelen te nemen om herhaling van een overval te voorkomen.
Daarmee heeft het Schadefonds zich onder het directeurschap van Nina ontwikkeld in de richting van de overheidsorganisatie die geknipt is om zorg te dragen voor compensatie en erkenning van leed, daar waar de overheid, in termen van veiligheid, preventie of toezicht, steken heeft laten vallen.

Als Schadefonds willen we graag op die weg verder gaan. Daarbij valt te denken aan compensatie na aanslagen, rampen en ongevallen, medische fouten et cetera. De organisatie is daar klaar voor.
Maar ook aan de andere kant, de belangrijkste, die van slachtoffers, willen wij in de tweede helft van deze kabinetsperiode belangrijke stappen maken. Om de positie van slachtoffers structureel te versterken is nodig dat naar het voorbeeld van de reclassering de belangenbehartiging en ondersteuning van slachtoffers wordt georganiseerd in een stevige zuil in het maatschappelijk middenveld.

Ik daag de andere (slachtoffer)organisaties in dit veld, en ook departement van Veiligheid en Justitie en politiek, uit om over de opbouw van zo’n slachtofferpijler in het strafrechtelijk veld mee te denken en daaraan mee te bouwen.

Tot slot rest mij hier: dank Nina Huygen voor wat je voor de ontwikkeling van ons Schadefonds hebt gedaan.

Ludo Goossens

www.schadefonds.nl